Sinds 13 september 2012 mogen leveranciers niet langer een verbrekingsvergoeding aanrekenen aan gezinnen en KMO’s wanneer zij een andere leverancier kiezen of ‘switchen’. Zolang de wettelijke opzeggingstermijn van één maand wordt nageleefd, kunnen consumenten dus sneller en eenvoudiger veranderen van elektriciteits- of aardgascontract.
Onderstaande figuur geeft door middel van het ‘switchcijfer’ het relatief aantal veranderingen van elektriciteitsafnemer weer die het gevolg zijn van een keuze van de afnemer.
Nooit ‘switchten’ relatief gezien meer gezinnen van elektriciteitsleverancier als in 2019. Zelfs in september 2019 was de switchgraad al hoger dan deze van heel 2018 (20,63%).
Prijs als motivator
Volgens de jaarlijkse enquête van VREG is de prijs nog altijd de belangrijkste motivator om van leverancier te veranderen. Maar liefst 82% van de gezinnen, 79% van de kleine bedrijven en 78% van de KMO’s gaven dit als belangrijkste reden om een nieuwe leverancier te kiezen.
De stijging in switching is in 2019 vooral te wijten aan een hoge activiteit in het marktsegment van de huishoudelijke afnemers, met een stijging van ongeveer 30%. De activiteitsgraad van de niet huishoudelijke markt steeg lichter, meer bepaald met 8%. Vooral in januari en in mei werd vaak van leverancier veranderd.
Bron: Marktrapport VREG 2019