Netbedrijf Fluvius wil tussen volgend jaar en 2032 4 miljard extra investeren in de Vlaamse distributienetten voor elektriciteit. Om ervoor te zorgen dat we in 2030 tot 1,5 miljoen elektrische wagens, massaal veel warmtepompen en zonnepanelen en een stijgend verbruik in de industrie op een vlotte manier kunnen blijven onthalen, stelt Fluvius voor om 40 procent van het laagspanningsnet, 13 procent van het middenspanningsnet en één derde van de distributiecabines die stroom in de straten verdelen de komende tien jaar te versterken. In het gasnet worden de investeringen in het komende decennium dan weer afgebouwd.
De energietransitie staat centraal in het nieuwe Investeringsplan van Fluvius, waarin het netbedrijf vanaf nu jaarlijks een doorgerekende prognose voor de komende tien jaar maakt qua investeringen in de distributienetten voor elektriciteit en gas. Dat plan wordt in het voorjaar aan de overheden, stakeholders en publieke opinie voorgesteld. Na een publieke consultatieronde is het de Vlaamse energieregulator VREG die in het najaar beslist of het definitieve Investeringsplan van Fluvius wordt goedgekeurd en de gevraagde middelen in de komende jaren worden vrijgemaakt.
Elektrische wagens en verwarming hebben grootste impact
Het Investeringsplan van Fluvius vertrekt vanuit de recentste beleidsbeslissingen m.b.t. de energietransitie: de Europese initiatieven Green Deal, Fit for 55 en REPowerEU, de federale beslissingen rond fiscaliteit m.b.t. elektrische bedrijfswagens vanaf 2026 en de ambities rond mobiliteit en verwarming in de recentste versie van het Vlaams Energie- en Klimaatplan, zoals het eind vorig jaar door de Vlaamse Overheid werd opgemaakt.
Fluvius houdt voortaan rekening met 1,5 i.p.v. 1 miljoen elektrische wagens in Vlaanderen tegen 2030, een volledige elektrificatie van het openbare busvervoer tegen 2035 en stapsgewijs meer elektrisch vrachtvervoer. Mobiliteit zal het komende decennium sowieso de grootste impact op het elektriciteitsnet hebben, in de tweede helft van het decennium samen met de verwarming van gebouwen.
Fluvius gaat er van uit dat ongeveer 12 procent van de Vlaamse gebouwen in 2030 met een warmtepomp verwarmd zal worden – al zal de renovatiegraad moeten verdriedubbelen van 1 naar 3 procent per jaar in 2030 om dat doel haalbaar te maken. Volledig elektrische warmtepompen werken immers het efficiëntst in goed geïsoleerde gebouwen. Door de verplichte uitfasering van stookolie en het grote aantal minder goed geïsoleerde woningen in Vlaanderen houdt het netbedrijf voor de eerstkomende jaren ook nog rekening met een stijging van het aantal aardgasaansluitingen op het al bestaande net. Nadien zal het aantal aardgasgebruikers beginnen dalen. Wat warmtenetten betreft, gaat Fluvius er bij berekeningen voorlopig van uit dat er in 2050 een potentieel van 8 TWh zal zijn om huizen en gebouwen hier mee te verwarmen.
Qua hernieuwbare productie op het distributienet houdt Fluvius voor de komende tien jaar rekening met een verdere groei van het aantal zonnepanelen en windturbines op land in Vlaanderen, volgens de cijfers uit de beleidsdoelstellingen van de Vlaamse Overheid.
Ook het bedrijfsleven heeft impact: door stijgende elektrificatie verwacht Fluvius ook een stijgend elektriciteitsverbruik en een stijgende piekbelasting in de industrie.
En het Investeringsplan houdt ook rekening met enkele specifieke lokale uitdagingen, zoals de problematiek van uitvallende PV-omvormers in landelijke gebieden, de aanwezigheid van 230 volt-netten die minder geschikt zijn voor het laden van full electric-wagens in historische stadscentra en de rand rond Brussel, en de noden van de Vlaamse zeehavens.
Elektriciteit: 4 miljard extra voor ‘no regret’-actieplan
Fluvius heeft de voorbije maanden meerdere scenario’s (met verwachte aantallen rond mobiliteit, industrie, verwarming, zonnepanelen en windturbines) op het huidige elektriciteitsnet gesimuleerd en stelt vast dat voor de komende tien jaar sowieso een extra investering nodig is. Het netbedrijf stelt daarom een ‘no regret’-actieplan voor de periode 2023-2032 voor. Dat plan houdt in dat 30.000 kilometer of 40 procent van het laagspanningsnet (belangrijk voor gezinnen en kleine bedrijven), 6.000 kilometer of 13 procent van het middenspanningsnet (belangrijk voor grotere bedrijven en een deel van de industrie) en 22.450 of één derde van de distributiecabines die stroom over Vlaanderen verdelen in de komende tien jaar aangepast of versterkt moeten worden. Zo kunnen alle verwachte veranderingen qua mobiliteit, verwarming, in de industrie en qua hernieuwbare energie in de komende tien jaar goed opgevangen worden.
Mocht de transitie toch trager verlopen dan vandaag in de berekeningen ingeschat, dan betekent dit ‘no regret’-plan geen overinvestering: we zitten dan gewoon iets meer voor op schema m.b.t. de uitdagingen van de verdere energietransitie.
Het Fluvius-plan om de energietransitie op te vangen vertegenwoordigt 4 miljard aan extra investeringen tot 2032, bovenop de eerder al geplande 7 miljard aan investeringen die ook zonder de energietransitie nodig zijn: denk aan het realiseren van klantaansluitingen, vernieuwingen van de netten bij wegeniswerken en het vervangen van verouderde netonderdelen. De 4 miljard extra voor de energietransitie betekent een stijging van de werkingsmiddelen voor Fluvius met bijna 10 procent in 2032.
Door een juist en massaal gebruik van de digitale meter, het goed spreiden van laden bij elektrische wagens, gunstige effecten van het capaciteitstarief en maatregelen rond flexibiliteit op het elektriciteitsnet kan de verdere investeringskost voor de energietransitie in de distributienetten volgens de huidige inschatting beperkt worden tot 6 miljard tegen 2050.
Worden deze maatregelen niet op grote schaal toegepast, dan zal de kostprijs richting 2050 veel hoger liggen. Aangezien iedereen via de elektriciteitsfactuur bijdraagt tot het beheer van de Vlaamse elektriciteitsnetten, is dan ook aan te bevelen hier als samenleving werk van te maken.
Gas: ‘keep it running’, jaarlijks investeringsbudget halveert richting 2032
Een ander plan voor het gasnet: ‘keep it running’. Het distributienet voor gas zal, als gevolg van eerdere beleidsbeslissingen, het komende decennium amper tot niet meer uitbreiden. Het is wel belangrijk dat gebruikers van het gasnet steeds op een veilig en betrouwbaar net kunnen blijven rekenen. De projecten rond de uitrol van de digitale gasmeters en de conversie van arm naar rijk gas zullen ook afgewerkt worden. Fluvius voorziet tenslotte middelen voor proefprojecten rond groene gassen (biomethaan, groene waterstof) en power-to-gas. Het jaarlijks investeringsbudget voor gas zal in de komende tien jaar halveren tot 88 miljoen euro per jaar.