Wie zonnepanelen zegt, denkt tegenwoordig verder dan ‘groene mensen’ en de daarbij horende geitenwollensokken. Of niet? Vandaag hebben heel wat Belgen zonnepanelen op hun dak, in de tuin of aan de gevel. Toch bestaan nog heel wat misvattingen over de zwarte gevelplaten. Vijf feiten en fabels op een rijtje.
1.De voordelen van zonnepanelen ten opzichte van traditionele elektriciteit zijn verwaarloosbaar.
Fabel. Vriendelijk voor het milieu, weinig onderhoud en altijd schone energie zijn maar drie van de grote voordelen van zonnepanelen. Denk daar een verhoogde waarde van je huis en een lange levensduur bij, en er is weinig reden om geen zonnepanelen aan te schaffen. En mochten je panelen na twintig jaar toch aan vervanging toe zijn, dan kan je die voor 90% recycleren om nieuwe exemplaren van te laten maken.
2. De kostprijs van zonnepanelen is zo hoog dat ik er jaren over doe om winst te maken.
Deels feit, deels fabel. Natuurlijk krijg je je investering niet binnen enkele maanden terugbetaald in groene stroom. De prijs van zonnepanelen is de afgelopen jaren wel zo fors gedaald dat een investering te overwegen is.
Voor een gemiddeld systeem van 3000 kWh betaal je rond de 6.000 euro voor de panelen zelf, de omvormer en de montage. De grootte van het systeem hangt vooral af van het aantal panelen, je jaarlijkse energieverbruik en het aantal mensen in je huishouden. Gemiddeld duurt het zo’n acht à negen jaar voor je zonnepanelen zich terugverdiend hebben. Zorg er wel voor dat het vermogen van je zonnepanelen groter is dan je werkelijke verbruik, aangezien zonnepanelen slechts 85% van hun capaciteit benutten.
3. Voor zonnepanelen moet ik alles uit eigen zak betalen. ‘Groene’ premies zijn tegenwoordig niet meer te verkrijgen.
Feit. Tot een paar jaar geleden kreeg je een groenestroomcertificaat voor je zonnepanelen. Vandaag beschouwt Vlaanderen zonne-energie als een investering die op zich rendabel genoeg is, dus blijven premies jammer genoeg uit.
4. De verbruikskosten bij zonnepanelen zijn beperkt.
Feit. Bij zonnepanelen gebruik je het systeem van de terugdraaiende elektriciteitsmeter (*). Alleen het nettosaldo dat je van het elektriciteitsnet afneemt, wordt gefactureerd. Verbruik je enkel je zonne-energie, dan is je energiefactuur gelijk aan nul. Let wel: bij een nulfactuur betaal je als zonnepaneleneigenaar geen elektriciteitskosten, maar wel nog altijd een prosumententarief.
Die taks is er om je gebruik van het elektriciteitsnet te bekostigen. Als je zonnepanelen hebt, maak je namelijk ook gebruik van het elektriciteitsnet: om je energieverbruik aan te vullen, of om overtollige zonne-energie op kwijt te kunnen. Jaarlijks kost dat je zo’n 300 euro.
5. Als ik voor zonnepanelen kies, is mijn keuze beperkt.
Fabel. Zoals bij alles, heb je ook bij zonnepanelen meerdere opties. Je eerste keuze hangt samen met het doel van je installatie: elektriciteit opwekken of warmte genereren. Ga je voor dat laatste, dan zijn thermische zonnepanelen wat je nodig hebt. Die zorgen voor warm water. De fotovoltaïsche variant zet zonlicht om in elektriciteit en voorziet je van stroom. Maak je keuze tussen monokristallijne en polykristallijne zonnepanelen.
* De VREG, de Vlaamse energieregulator, gaat het voordeel van de terugdraaiende teller voor mensen met zonnepanelen, aanvechten bij het Grondwettelijk Hof. De vorige Vlaamse regering besliste dat, ook na de invoering van de digitale meter, het voordeel van de terugdraaiende teller behouden kon blijven. Mensen die voor eind 2020 een installatie plaatsen, zouden dat voordeel nog 15 jaar kunnen behouden. De VREG vecht die beslissing nu aan.
Bron: De Zondag, 28 juni 2019