Skip to main content

Het Vlaams Energieagentschap VEA legt momenteel de laatste hand aan de berekening van de nieuwe waarden van de groenestroomcertificaten vanaf januari 2013. Begin december worden cijfers gepubliceerd.

Stand van zaken wetgeving

De basisprincipes van het nieuwe hervormde systeem van groenestroomcertificaten werden goedgekeurd in het Wijzigingsdecreet van 13 juli 2012. Om de details van dit decreet verder in te vullen is daarna een Wijzigingsbesluit opgesteld. De ontwerptekst werd in tweede lezing goedgekeurd op 19 oktober 2012.

Over deze laatste versie van het wijzigingsbesluit moet nog het advies van de Raad van State afgewacht worden. Deze heeft op 9 november de vraag voor spoedbehandeling binnen 5 werkdagen afgewezen, zodat de Vlaamse regering moet rekenen met een advies binnen 30 dagen – ergens begin december dus. Maar dat houdt de berekening van de parameters niet tegen.

Principes van het nieuwe steunmechanisme

Het nieuwe hervormde systeem van groenestroomcertificaten stelt een nieuwe rekenmethode vast voor de GSC, die moet uitgevoerd worden per hernieuwbare technologie en daarbinnen per relevante projectcategorie.

– vanaf 1 januari 2013 krijgt elke technologie niet langer 1 GSC per 1 000 kWh opgewekte elektriciteit, maar een aantal in functie van de berekende “bandingfactor”. Dat is een vermenigvuldigingsfactor op basis van de verhouding tussen de nodige “onrendabele top” (OT) en een vaste prijs, de “banding deler” van 97 euro, met een minimumprijs van 93 euro als vangnet. Stel bijvoorbeeld dat een groenestroomtechniek op basis van het OT-model 130 euro/MWh zou nodig hebben, dan is de banding factor 1,34.

– voor het jaar 2013 is de bandingfactor op maximum 1 vastgesteld, om het grote overschot op de certificatenmarkt op te lossen. Dat betekent dat de steun per MWh niet hoger kan liggen dan 1 x 97 euro.

– De berekening van de onrendabele top gebeurt met een “OT-model” opgesteld door studiebureau 3E in opdracht van VEA. Dit is een gedetailleerd financieel rekenmodel op basis van netto actuele waarde en afschrijvingen, met parameters die ingevuld worden op basis van objectieve marktgegevens over kosten en opbrengsten. De gegevens die gebruikt worden voor de OT-berekeningen moeten “objectiveerbaar, verifieerbaar en reproduceerbaar” zijn. PV-Vlaanderen heeft op twee overlegvergaderingen input gegeven die onderbouwd is door bronvermeldingen; VEA zelf heeft een selectie van installateurs bevraagd. Een waarde tussen 70 en 80 euro/MWh is volgens ons mogelijk, we wachten echter de officiële berekening af.

– Voor drie categorieën PV wordt een standaardberekening uitgevoerd: tot en met 10 kVA, van 10 tot 250 en van 250 tot 750 kVA. Voor projecten boven 750 kVA kan een individuele berekening worden aangevraagd.

 De steunperiode wordt per technologie bepaald. Voor PV is het vastgelegd op 15 jaar, dus beter dan de huidige overgangsperiode met 10 jaar steun. Maar het bedrag kan dus wel lager liggen dan 90 euro/MWh.

Eerste cijfers begin december verwacht

Op onze vraag heeft VEA een stand van zaken gecommuniceerd. Een eerste berekening van de bandingfactoren voor diverse projectcategorieën wordt verwacht op korte termijn. Deze berekeningen zullen in een eerste ontwerprapport gepubliceerd worden op de website www.energiesparen.be in het kader van een eerste informeel stakeholderoverleg.

Het is de bedoeling dat de stakeholders voldoende tijd hebben om het document te lezen en om opmerkingen te formuleren en door te sturen. Het officiële stakeholderoverleg zal immers pas plaatsvinden na publicatie van het Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Energiebesluit. Deze publicatie wordt pas verwacht tegen eind december waardoor de termijn van het officieel stakeholderoverleg zeer kort zal zijn.

Ondanks de vertraging in de wettelijke procedure zullen we dus volgende week zicht krijgen op de nieuwe steunbedragen voor 2013 met een looptijd van 15 jaar.

Leave a Reply