Skip to main content

Bestaande zonnepaneleninstallaties kunnen na verloop van tijd onderworpen worden aan een wijziging zoals een uitbreiding of vervanging van een component.  Aan welke regels zijn dergelijke wijzigingen onderworpen? En welke verschillen gelden er tussen een certificaatgerechtigde en niet-certificaatgerechtigde installatie? Een overzicht.

Certificaatgerechtigde installaties

Een uitbreiding (= elk bijkomend geïnstalleerd vermogen van uw PV-installatie) moet op een aparte omvormer komen te staan, zo niet vervalt uw recht op groenestroomcertificaten (GSC).

Een vervanging van zonnepanelen is mogelijk als:

  • ze beschadigd of defect zijn

OF

  • ze door een productiefout niet genoeg elektriciteit opwekken

OF

  • er een duidelijk groot rendementsverlies is (0,5% tot 2% per jaar is geen groot verlies)

Hierbij is het belangrijk om rekening te houden met volgende voorschriften:

  • Bij residentiële installaties (omvormervermogen ≤  10 kVA)  mag het totale piekvermogen van alle panelen samen maximaal 10% hoger zijn dan het oorspronkelijke vermogen.
  • Defecte of beschadigde panelen mogen één/één vervangen worden door panelen met hetzelfde merk, type en paneelvermogen.
  • Er mogen geen panelen bijgeplaatst worden
  • Indien u meer dan 10% piekvermogen aan panelen bijplaatst, moet u deze uitbreiding op een aparte omvormer plaatsen. Doet u dit niet, verliest u de toekenning van uw groenestroomcertificaten.
  • Opgelet: het defect, overmacht, sterk rendementsverlies van de panelen MOET aangetoond worden met foto’s, verslag van branddeskundige, afnemende productie,…

Een vervanging van een omvormer is mogelijk als:

  • deze wordt vervangen naar een hybride omvormer
  • Max AC-vermogen (in kVA) mag in daling onbeperkt vervangen worden
  • Een verhoging in vermogen mag zolang de verhoging van het maximaal toegelaten omvormervermogen van uw netaansluiting niet overschreden worden (dwz: maximaal 5 kVA voor een monofasige aansluiting, 10 kVA voor een driefasige aansluiting)

Opgelet: het piekvermogen van de zonnepanelen (in kWP) mag niet wijzigen!

Een vervanging van een groenestroomteller (GST) is mogelijk als:

  • er een bidirectionele GST wordt geïnstalleerd ten gevolge van een defect of vervanging
  • de nieuwe GST aan volgende voorwaarden voldoet: minimale nauwkeurigheidsklasse 2 en voorzien van een wettelijke ijkmarkering (MID)

De vervanging van de GST dient gemeld te worden aan Fluvius door middel van een foto met leesbare meterstand van de oude en nieuwe GST alsook een factuur ter vervanging van de GST.

Niet-certificaatgerechtigde installaties

Bij niet-certificaatgerechtigde installaties dient er bij een uitbreiding geen aparte omvormer te worden geplaatst, al is dit wel toegelaten.

Wanneer de omvormer vervangen wordt, dient het maximaal omvormer vermogen kleiner of gelijk aan 10 kVA te zijn.

Voor vervanging van de zonnepanelen gelden dezelfde voorschriften als bij de certificaatgerechtigde PV-installaties.

(Niet-)certificaatgerechtigde installaties

Onderstaande voorschriften zijn zowel van toepassing op certificaatgerechtigde als niet-certificaatgerechtigde installaties:

  • Elke uitbreiding en/of vervanging vereist een nieuwe AREI-KEURING
  • Elke uitbreiding, wijziging en/of vervanging moet gemeld worden als wijziging of vervanging op ‘Mijn Fluvius’, met bewijs van facturen, levering- of werkbons, duidelijke aanduiding naar de vervangen panelen, foto’s …
  • U mag de vervanging van panelen niet combineren met de verhuis of verplaatsing van uw zonnepaneleninstallatie
  • Steeds moet de volledige PV-installatie blijven voldoen aan de technische bepalingen/specificaties van de Synergrid volgens C10/11 en de omvormer voldoen aan de regels van de Synergrid-lijst C10/26 !!!

Bron: Presentatie Wilfried Leukemans (Fluvius) – Studiedag PV-Vlaanderen, 18 oktober 2023

Op zoek naar een betrouwbare installateur voor zonnepanelen? Ontdek de formules van Futech!